Deze column bevat spoilers voor alle seizoenen van Breaking Bad.
Er zijn genoeg prijzen gegeven en genoeg lovende woorden en recensies geschreven over Breaking Bad. Alle vijf seizoenen hebben prijzen in de wacht gesleept. Of dat terecht is of niet wil ik in deze column in het midden laten. Ik wil graag één karakter uit deze serie onder de loep nemen en dat is Walter White. In de twee jaar, verdeelt over 62 afleveringen, dat we White volgen wordt zijn leven een soort Ripley’s believe it or not.
Als we kennis maken met White is hij een saaie scheikundeleraar van bijna 50 jaar, met een bijbaantje als kassière bij een autowasstraat. Hij is getrouwd met Skyler die onbedoeld zwanger is geworden en ze hebben een zoon van zestien, Walter Jr. (bijnaam Junior of Flynn). Een nietszeggende man die woont in een nietszeggende straat in de stad Albuquerque te New Mexico. Als White maar niet van een vervelend hoestje afkomt gaat hij naar de dokter, het vervelende hoestje blijkt vergevorderde longkanker te zijn. En om de peperdure behandelingen te kunnen betalen neemt hij het aanbod van twee oude studiegenoten om hen de kosten te laten betalen niet aan. Nee, Walter White doet het ondenkbare hij gaat methamfetamine ‘koken’. Methamfetamine, ook bekend als meth, crystal meth, methylamfetamine, N-methylamfetamine, pervertine of desoxyefedrine, is een sterk verslavende amfetamine.
En om te kunnen ‘koken’ heeft hij hulp nodig en die hulp komt van de jonge, sympathieke drugsverslaafde Jesse Pinkman. En dan stapelen de bizarre gebeurtenissen zich aflevering na aflevering op. Maar wat er vooral gebeurd is de verandering die White doormaakt. De man, die al niet uitblonk in empathie, veranderd langzaam in de nietsontziende, geniale, egoïstische, narcistische en levensgevaarlijke drugsbaron Heisenberg, inclusief hoed en zonnebril. Zelfs zijn eigen vrouw en kinderen zijn niet veilig voor de waanzinnige acties die White/Heisenberg onderneemt. White/Heisenberg moordt, liegt, bedriegt, bedreigt en manipuleert er lustig op los. En het ergste is, hij komt er keer op keer mee weg. Omdat niemand achter White Heisenberg ziet staan. Iedereen die naar White kijkt ziet de zielige, egocentrische scheikundeleraar die binnenkort de strijd zal verliezen tegen kanker.
Als White zijn drugsimperium kan uitbreiden gaat hij in zee met Gustavo (Gus) Fring. Fring is net als White, hij verschuilt zich in het openbaar. Niemand heeft ook maar het geringste vermoedde dat Fring een drugsimperium leidt vanuit zijn kippenrestaurants Los Pollos Hermanos. White wil Fring zijn. White wil net zo machtig en rijk zijn als Gustavo Fring. En vanaf het moment dat Fring in beeld komt zie je White langzaam steeds meer Heisenberg worden. Heisenberg wordt nog meedogenlozer en egoïstischer dan White. Heisenberg geeft niets om mensenlevens. Heisenberg manipuleert Jesse, zijn vrouw, zijn zoon en zelfs zichzelf en zijn ziekte om alles wat hij doet met de mantel der liefde te bedekken. Maar helaas de enige voor wie White het doet is White zelf.
In het laatste en vijfde seizoen krijgen we het bewijs dat White definitief is veranderd in Heisenberg. In aflevering zeven, met de toepasselijke titel ‘Say my Name’, weten we dat White nooit meer Walter White de scheikundeleraar zal zijn. Daardoor verandert niet alleen White maar iedereen om hem heen. Bijkomende schade (lees doden) is vervelend en niets meer dan dat. Zelfs kinderen zijn niet veilig onder de hoede van Heisenberg. Maar de kastelen die Heisenberg dacht te hebben gebouwd blijken niet meer te zijn dan los zand. Uiteraard ga ik in deze column niet verklappen of Walter White bij zinnen gaat komen of niet. Dat mag je zelf gaan zien. Maar ik persoonlijk heb nog nooit zoveel hekel gehad aan een karakter in een serie. Ik kon ook niets positief ontdekken aan White noch aan Heisenberg. En misschien is dat precies wat de makers voor ogen hadden.
Met vriendelijke gewetensvolle groet,
Mandy
Bryan Cranston