Dat publiceert de halfjaarlijkse kerncijfers van televisie in Nederland over de eerste helft van dit jaar, met daarin de ontwikkelingen van het bezit en het gebruik van apparatuur in de Nederlandse huishoudens. Het smartphone bezit stijgt verder naar 89 procent onder Nederlanders (13+), het bezit van televisie in huishoudens blijft met 96 procent stabiel.

Digitale televisie is aanwezig in 89 procent van de Nederlandse huishoudens, analoge ontvangst daalt verder naar dertien procent. Het aantal huishoudens met internettoegang via de televisie neemt gestaag toe: van 42 naar 46 procent. Een op de drie Nederlandse huishoudens (34 procent) gebruikt minimaal wekelijks een betaalde online videodienst zoals Netflix, Videoland, NPO Start Plus of RTL XL Premium. Een half jaar eerder deed 31 procent van de Nederlanders hetzelfde.
Wordt niet naar wekelijks gebruik gekeken, dan start bijna 48 procent van de Nederlandse huishoudens wel eens een streamingdienst op. Dat was één jaar geleden nog 40 procent. Bij huishoudens met kinderen tussen de nul en zeventien jaar oud worden streamingdiensten nog vaker gebruikt. Daar start 49 procent van de huishoudens minstens eens per week zo’n dienst op.